zondag 7 juni 2015

Poes- Midas Dekkers (5GE1)

Titel: Poes
Auteur: Midas Dekkers
Uitgever: Atlas Contact

In het kort
Korte verhalen over de poes.

Mening
De korte verhalen over de poes als huisdier zijn makkelijk en vermakelijk om te lezen. De verhalen hebben een humoristische toon.

Ikzelf heb geen kat en heb er ook nooit één gehad, dus ik vind ‘de aanbidding’ van Midas Dekkers voor de kat me maar lastig voor te stellen, bijvoorbeeld in het verhaal De huistiran:

‘De poes is een tiran. Wie er één in huis haalt, heeft gelijk maar moet het zelf weten; een poes neemt onmiddellijk de hele tent over. [...] Poezen gebruiken de liefde die wij voor hem koesteren tegen ons. Ze heersen bij de gratie van ons ontroostbaar gevoel van ontoereikendheid. Je hoeft een poes maar aan te kijken en het gevoel welt in je op.’ 

Dat een huisdier de tent overneemt kan ik mij voorstellen, het vergt veel tijd, zorg en aandacht. Maar het gevoel waar Dekkers over spreekt, begrijp in niet.

‘Het besef dat je altijd onvolmaakt zult zijn, dat je liefde nooit groot genoeg is om te worden beantwoord, wordt je door niemand zo ingepeperd als door een poes. Poezen trappen op je ziel met een gemak dat elk ander wezen lelijk zou opbreken. En net wanneer je besluit dat er toch ook een leven mogelijk moet zijn zonder poes, komt hij bij je voor een seance. Eén goedgeplaatst kopje en je bent er weer voor weken ingeluisd. 
De combinatie van afgod en kwelgeest, dat is het wat een poes zo onweerstaanbaar maakt, een graal op pootjes, het heerlijkste juk om onder te zuchten.’

Ik heb wel wat contact gehad met poezen. Ze komen op mij over als leuke beestjes, die je inderdaad heel wat minder aandacht terug geven dan bijvoorbeeld een hond (vergelijkingen tussen poes en hond worden genoeg gemaakt in dit boek). Misschien voelt het inderdaad zo dat poezen op je ziel trappen als je er één in huis hebt (ik heb er geen, dus ik kan het niet weten), toch vind ik het heel lastig te begrijpen waarom je zo van een dier houdt, juist omdat deze je afwijst en inpepert dat je altijd onvolmaakt zult zijn.

Allerlei facetten van de poes worden belicht in hoofdstukjes met toepasselijke titels, waaronder de vrouwelijke lichaamsvormen van de kat die zo aantrekkend worden op de mens (uit De jaguar), het verharen (uit De gesluierde schoonheid) en de verering van de oude Egyptenaren (uit De heilige kat). Eén van de leukste hoofdstukken vind ik  De gekke kat, vooral de passage over de vergelijking tussen gekkenhuis en dierentuin:

‘Dat er geen dierengekkenhuizen bestaan, wil overigens niet zeggen dat er geen gekkedierenhuizen zouden zijn. Die zijn er juist volop: dierentuinen, legbatterijen, varkensfokkerijen. Krankzinnige kippen pikken er elkaar kaal [...] Een krankzinnige omgeving leidt tot krankzinnig gedrag. 
Nu u begrijpt waarom dierentuinen zoveel van gekkenhuizen weghebben, is het nog maar een stap om in te zien waarom zoveel gekkenhuizen zo op dierentuinen lijken.’

Geen opmerkingen:

Een reactie posten